Een Ierse jongen beseft dat zijn zusje een selkie – half mens, half zeehond – is en haar stem moet vinden om bovennatuurlijke wezens te bevrijden van de spreuk van een Keltische godin.

Ben en Saoirse wonen met hun vader in een vuurtoren op een klein eilandje. Om hen te beschermen voor de gevaren van de zee, neemt oma de kinderen mee naar haar huis in de stad. Daar ontdekt Ben dat Saoirse een selkie is, een sirene die met haar gezang de vloek kan opheffen die de Uilenheks over de elfen heeft uitgesproken. Om het lied van de zee te zingen moet Saoirse terug naar het vuurtorenhuis. De terugreis voert hen door een wereld van sprookjes en oude legendes en Ben en Saoirse het moeten opnemen tegen de Uilenheks.